In het oog van de storm

In het oog van de storm

In het oog van de storm

Onveilig, te duur, stralingsgevaar en eeuwen afval. Kernenergie, nee bedankt! Ik wil gerust ingaan op deze argumenten tegen kernenergie. En ik kan u alvast meegeven, dat ik erg gerustgesteld was na mijn opzoekingswerk. 


Kerncentrales zijn, net als elke grootschalige industriële technologie, uiteraard niet immuun voor ongelukken. Dat valt niet te ontkennen. Maar grote ongelukken, waarbij veel radioactief materiaal vrijkwam, zijn uiterst zeldzaam. Buiten de Sovjet-Unie, hebben zich in de bijna zestig jaar dat ze in bedrijf zijn, slechts twee ernstige ongevallen voorgedaan, in bijna 500 commerciële fabrieken. 

In geen van beide gevallen werd iemand gedood of gewond, en naar verwachting zal de resulterende lage blootstelling aan straling, niet leiden tot een meetbare toename van de incidentie van kanker of andere chronische ziekten.


In 2016 werd een studie gepubliceerd rond veiligheid en duurzaamheid, waarin het risico op ongevallen werd beoordeeld, van verschillende koolstofarme energiesystemen — biobrandstoffen, biomassa, aardwarmte, waterkracht, waterstof, kernenergie, zonne-energie en windenergie. U kan dit hier raadplegen. 


Aan de hand van een historische database werd gekeken naar het risico op energieongevallen — hun frequentie in de loop van de tijd, de ernst in termen van dodelijke slachtoffers en de omvang in termen van materiële schade en dit voor een periode van 64 jaar (1950–2014). De balans was: 686 ongelukken, 182.794 dodelijke slachtoffers en 265,1 miljard dollar aan materiële schade. 


Windenergie bleek de meest voorkomende oorzaak voor ongevallen binnen de steekproef (48,8% van de ongevallen), ongevallen met waterkracht hebben de neiging het meest dodelijk te zijn (97,2% van alle sterfgevallen) en ongevallen met kernenergie zijn meestal de duurste (goed voor 90,8% van de ongevallen). Maar bij die laatste groep, de kernenergie, bleek het risico op een ongeval of op een dodelijk slachtoffer het laagst! 


In termen van absolute frequentie gebeuren ongevallen met windturbines twee keer zo vaak als bij nucleaire installaties, tien keer zo vaak bij waterstofsystemen en 84 keer zo vaak als bij geothermische energiecentrales. In termen van absolute ernst van de dodelijke slachtoffers, doodde het falen van waterkrachtcentrales meer dan 38 keer het aantal, dat omkwam door kernenergie. En toch heeft die de slechtste reputatie!


Als men al ongelukken door fossiele energiebronnen terugvindt in de media, is de balans nooit zó vernietigend, dat men sluiting vraagt van de hele industrie. Nochtans: kolenmijnen storten in —  Marcinelle — maar ook nu nog overal in de wereld. Steeds meer gasontploffingen in steden. En niet eens na grondverschuivingen of aardbevingen, om er Fukushima maar eens naast te plaatsen. 


Accidenten of risico’s rond ‘hernieuwbaar’, daar zijn we nog niet aan toe. Niets over fijn stof door eCars of over toxiciteit van windmolens — Bisphenol A, zwavelhexafluoride, gezondheidsproblemen. Af en toe een brand door batterijen, dat wel, maar dat zijn dan ‘kinderziekten'. Wacht tot de eerste ondergrondse garage in de fik staat! We zijn toch meer gewoon van brandjes te blussen, dan te anticiperen op problemen of risico’s.


Overal kan er van alles mis gaan, ‘zonder risico’ bestaat niet, maar het verzet tegen kernenergie is quasi religieus geworden en totaal irrationeel. De angst die men wil opwekken heeft geen enkele wetenschappelijke basis. Als je kijkt naar het aantal (dodelijke) slachtoffers is kernenergie gewoonweg de beste van de klas. 


Maar wat zich hardnekkig heeft vastgezet tussen onze oren houden we krampachtig vast en krijg je er niet zo gemakkelijk weer uit, ondanks bewijzen en een realiteit die het tegendeel laat zien. Om ons geweten in vorm te houden, wil selectief wegkijken, of het ‘allemaal niet goed snappen’, of ‘niet mee bezig zijn’ ook wel eens helpen. Hoe cynisch kan dit wel niet zijn.


Onze perceptie wordt door de media totaal vertekend. (BronGevaar is immers erg relatief en je moet je inspannen om realistisch te blijven. En soms ben je inderdaad wel gefocust op de verkeerde dreiging. Iedereen weet dat fietsen gevaarlijk is, we nemen dat er als risico misschien wel bij, maar als je de cijfers ziet dan schrik je toch wel. Ik vond cijfers van de States waaruit blijkt dat, sinds 1932 weliswaar, ongeveer 53.000 fietsers zijn omgekomen bij verkeersongevallen. Vergelijk dat met de kerncentrales in de VS: niet één enkele verwonding, laat staan overlijden, in alle 104 energiecentrales en dat over 40 dienstjaren. Waar praten we dan over?


Misschien wel over de prijs. ‘Kernenergie is onbetaalbaar duur’. Tja… Als u dit afzet tegen vijftigduizend miljard dollar, de prijs voor de gratis groene energie alleen al in de VS, zoals ik reeds aanhaalde (Bron), valt het misschien wel mee, denkt u niet? 


Ik kreeg laatst behoorlijk wat cijfers naar mijn kop geslingerd over de schandalig dure centrales - 19,1 miljard. En ik geef toe, een behoorlijk prijskaartje. 


“Ik zou een verborgen agenda hebben, niet objectief zijn …” Ik heb de cijfers in het artikel op Wikipedia zelfs niet opgezocht, ik had er mijn buik van vol. In een royale bui dacht ik zelfs: als je die 20 miljard stelt tegenover 50.000 miljard, dan heb je behoorlijk wat speelruimte, me dunkt, en dan zal je al behoorlijk veel moeite moeten doen om aan hetzelfde bedrag te komen … Ik constateer alleen: soms kan alles, soms kan niets. 


En heeft u zich al eens afgevraagd, waaróm kernenergie zo duur is? Daar bestaat een woord voor: ‘Regulatie-inflatie’. Geen enkele energievorm, is zo onderhevig, aan zulke draconische veiligheidsvoorschriften, en dat stuwt de kostprijs natuurlijk omhoog. Twee derden van de prijs zit in bureaucratie. Dat kan u horen in het interview van Alain Grootaers met Prof. Dr. Kees de Lange (Tegenwind 4 /22’45). “Door de associatie met kernwapens, worden overdreven veel veiligheidsmaatregelen getroffen. Andere landen zijn daar niet zo mee bezig, zoals China en India, die hard bezig zijn met het opzetten van thorium-centrales. Wij hebben gewoon een erg duur bureaucratisch probleem gecreëerd. Twee derden van de prijs zit in bureaucratie. Het feit dat het duur is, is gewoon kunstmatig. Aan klimaattafels praten onwetende politici met onwetende mensen. Deze organisaties nodigen nooit kernfysici uit. Een land als China stoort zich daar helemaal niet aan, die bouwen die centrales gewoon in een beperkt aantal jaren. Op termijn zullen we waarschijnlijk de patenten uit China moeten kopen.”


— — —


Mensen worden dagelijks blootgesteld aan natuurlijke straling (Bron: Wereld Gezondheidsorganisatie). Die komt voornamelijk uit de bodem, of is afkomstig van de zon en zelfs van de big bang (kosmische straling). Zowel in de bodem, het water als in de lucht komen meer dan zestig verschillende radioactieve stoffen voor. Maar ook gebouwen geven straling af (beton, bakstenen, …) en zelfs voeding. Ook ons lichaam is van nature licht radioactief.


Het niveau van achtergrondstraling kan enorm variëren naargelang de plaats waar we ons bevinden. In bepaalde gebieden kan de straling meer dan 200 keer hoger liggen dan het wereldwijde gemiddelde. 

In de Benelux krijg je per jaar 2,8 mSv (millisievert, een meeteenheid van radioactiviteit ) aan ioniserende straling via natuurlijke achtergrondstraling. Die dosis ligt hoger in de Ardennen, waardoor sommige gemeenten, in de provincies Waals-Brabant, Luik en Luxemburg, worden beschouwd als risicogebieden. De rotsen hier bevatten doorgaans meer uranium. Bovendien zijn de gesteenten in de Ardennen ook vaker gebarsten, waardoor radioactiviteit gemakkelijker in de atmosfeer terecht kan komen. Nog niemand horen roepen ‘Ardennen, nee bedankt’ en wees gerust: dat hoeft ook niet.

Ook ‘vrijwillig' leveren we ons vaak over aan straling. 


Als u deze zomer in een vliegtuig stapt - stel dat u niet bezorgd bent om het klimaat - dan krijgt u op vlieghoogte meer straling dan op de grond. Heeft u de reeks Compleetdenkers #39 al gezien? ’Is 5G technologie gevaarlijk voor onze gezondheid?’ met Peter Van Den Broucke (Bron) ‘Als stralingsdeskundige is hij de ideale onderzoeker inzake de problematiek van 5G en tijdens dit interview bespreekt hij het verschil tussen 4G en 5G, de aanpassing van de normen om het uit te rollen, het effect op de gezondheid van mens, dier en natuur, de privacy, digitale meters, …’ Zou ik toch maar eens bekijken, voor je staat te jubelen over de vooruitgang van de technologie. 


Vraagt uw arts röntgenfoto’s aan of krijgt u radiotherapie, dan krijgt u stralen. Röntgenapparatuur vertegenwoordigt 98% van de dosis-bijdrage door kunstmatige bronnen, en dat is niet verwonderlijk, als we weten dat er wereldwijd jaarlijks meer dan 3600 miljoen diagnostische radiologische onderzoeken en 37 miljoen nucleair-geneeskundige procedures worden uitgevoerd, en 7,5 miljoen radiotherapie-behandelingen worden gegeven. Naarmate het gebruik van ioniserende straling toeneemt, neemt ook het potentieel voor gezondheidsrisico's toe, als die niet op de juiste manier wordt gebruikt of ingeperkt.


De verschillende technologieën moeten uiteraard aan strenge veiligheidsvoorwaarden voldoen, en er mag uiteraard geen straling vrijkomen, die een gevaar vormt voor de bevolking. NIRAS, de nationale instantie die toeziet op de veilige opslag van radioactieve stoffen, en het FANC (Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle), waken er over dat de bevolking, de werknemers en het leefmilieu tegen het gevaar van ioniserende straling worden beschermd.


Sinds de digitalisering van de radiologie heeft men de doses aanzienlijk kunnen verminderen, maar mensen van een zekere leeftijd hebben er geen idee van, welke dosis ze in hun leven al hebben gekregen; als kind al, de mobiele radioloog op school. Je mag het, wat mij betreft, gerust klasseren onder ‘kinderziekten’, maar toch …


Gelukkig kan het lichaam goed omgaan met straling. Het maakt eventuele schade vanzelf ongedaan. Onherstelbare schade treedt pas op, vanaf een bepaalde dosis die we niet zo snel zullen oplopen.

Welke die dosis is, is natuurlijk belangrijk, als we willen praten over kernrampen, en daar maken we, wat risico betreft, nogal gemakkelijk inschattingsfouten. 


Ondertussen blijkt dat de angst voor de vreselijke ziekten — die we zouden kunnen oplopen vanwege straling of een kernongeval — een veel grotere bedreiging te zijn voor de gezondheid, dan straling zelf. Om u maar ineens gerust te stellen: de feiten.


Algemeen wordt aangenomen dat 100 mSv (millisievert = een meeteenheid van radioactiviteit ) de grens is waarboven we redelijkerwijs aannemen dat er schade optreedt; waardoor de kans op het ontwikkelen van kanker met ± 1% stijgt. Om een beetje een idee te krijgen hoeveel men krijgt na een ramp: wat Fukushima betreft liepen nog geen 200 werknemers meer dan 100 mSv op. In het eerste jaar stonden Japanners die werden geëvacueerd gemiddeld bloot aan minder dan 6 mSv. Dat is lager dan bij een CT-scan van het bekken. En direct buiten de evacuatiezone ging het om minder dan 4 mSv. Dat is zowat de dosis die een voltijds stewardess elk jaar oploopt.


En wat zijn de cijfers bij de veel grotere ramp, wat straling betreft: Chernobyl? Volgens het officiële rapport van de VN waren er door de ramp in Chernobyl 31-50 directe overlijdens. Ter vergelijking: bij een gaslek in een insecticiden-fabriek van Union Carbide, in India (1984), vielen op slag vierduizend doden. We moeten ons, wat Chernobyl betreft, natuurlijk geen illusies maken, dat het daarbij blijft. 

Men schat dat zo’n 0,08% van de ruim vijf miljoen reddingswerkers en omwonenden in 'besmette' gebieden — als gevolg van laattijdige kanker — nog altijd een vergroot risico lopen om te overlijden, vaak tientallen jaren na de ramp. Als je hiervan de berekening maakt, dan kom je natuurlijk wel uit, bij een angstaanjagender plaatje dan de 46 directe overlijdens in Chernobyl. Al valt ook dat wel te relativeren, als je ze vergelijkt met de overlijdensstatistieken van de Wereld Gezondheid Organisatie. Daaruit blijkt dat jaarlijks 7 miljoen vroegtijdige sterfgevallen, in verband worden gebracht met luchtverontreiniging, zowel in de omgeving (fijnstof, industrie, …), als huishoudelijk (koken). En daar zitten de eCars nog niet eens bij.


Onderstaande grafiek, gepubliceerd in The Lancet toont het aantal doden door ongevallen en luchtverontreiniging voor de verschillende energie-systemen.

En wat zijn de richtlijnen, wat betreft aanpak en preventie bij een ramp in een kernreactor? 


Het blijkt perfect verdedigbaar om, na een kernongeval, te zorgen voor een evacuatie in de directe omgeving — een straal van een paar kilometer rondom de kerncentrale, zeg maar. Maar na een paar dagen of hooguit enkele weken zou iedereen weer terug moeten kunnen keren. Een korte evacuatie heeft de minste weerslag op het welzijn. Hoe langer het duurt, hoe groter de ontwrichting, zoals ik al heb aangetoond. Ook het IPCC oordeelde in 2019, dat een evacuatie het liefst tot een week moet worden beperkt.

En wat betreft preventie?


Bij een kernongeval kunnen radioactieve stoffen vrijkomen, die zich via de lucht verspreiden. Eén daarvan is radioactief jodium. Door inademing komt dat in de schildklier terecht. Op langere termijn kan dit bij jonge mensen en ongeboren baby’s - die binnen een bepaalde straal van de ramp wonen - leiden tot schildklierkanker. Voor mensen onder de 18 jaar of zwangeren is dit bv. binnen de 100km, woon je binnen een straal van 20km, dan raadt men voor iedereen onder de 40 jaar jodiumtabletten aan. Door op het juiste moment een jodiumtablet in te nemen, wordt de opname van radioactief jodium maximaal geblokkeerd. De dosis en manier van innemen wordt door de overheid gecommuniceerd.


Daar waar door sommige groenen de gevaren van radioactieve vervuiling enorm wordt overdreven, zien sommigen in het ongeluk een argument vóór kernenergie. Zo sloot de Britse ecologist en politiek activist, George Monbiot, zich, na de ramp in Fukushima, resoluut aan bij het kamp van de voorstanders. Zijn argument: "Een waardeloze oude fabriek met ontoereikende veiligheidsvoorzieningen werd getroffen door een gigantische aardbeving en een enorme tsunami. De elektriciteitsvoorziening viel uit, waardoor het koelsysteem uitviel. De reactoren begonnen te ontploffen en te smelten. De ramp legde een bekende erfenis bloot van slecht ontwerp en bochtenwerk. Toch heeft, voor zover we weten, nog niemand een dodelijke dosis straling gekregen.” 

Een beschrijving die niet mals is, maar ook wat betreft ‘hernieuwbare’ energie is zijn balans niet mals, zoals u kunt lezen in dit artikel. Blijkbaar heeft hij daar meer moeite mee, dan met Fukushima want hij besluit: “Diepgroene energieproductie is veel schadelijker voor de mensheid dan kernsmelting. Atoomenergie is onderworpen aan een van de zwaarst mogelijke tests, en de impact op mensen en planeet is klein geweest. De crisis in Fukushima heeft me bekeerd tot kernenergie.”

Rest nu alleen nog hét hoofdprobleem, voor tegenstanders van kernenergie: de kernafval. 

Daar wordt énorm over gevallen. Het thema is in elk geval populairder dan de gigantische afvalbergen die we creëeren door ‘hernieuwbaar’. Kernafval is inderdaad levensgevaarlijk, dat klopt, en raakt pas na 240.000 jaar zijn radioactiviteit kwijt. Maar: het is uitermate goed te beheren, zeker in vergelijking met andere soorten toxisch afval, dat nu eenmaal ontstaat, in een moderne, industriële maatschappij. Het grootste deel ( > 90%) van de gebruikte splijtstofstaven kan overigens opnieuw gebruikt worden, om nieuwe nucleaire brandstof van te maken, in snelle kweekreactoren (FBR) of aankomende Molten Salt Reactors (MSR). Daarover meer in het volgende artikel.


De term kernafval is trouwens op zich al niet correct. Men kan beter spreken van gebruikte brandstof, want wat uit de reactor komt, is zeker geen afval. Na vier jaar in de reactor is een deel van de brandstof niet langer bruikbaar. Men haalt dat er uit en laat het ter plaatse afkoelen gedurende zo’n tiental jaar. Het water in een reusachtig bad waarin men dat doet, absorbeert elke vrijkomende straling. Na deze afkoelingsperiode zijn er verschillende mogelijkheden om de brandstof verder te behandelen. 


Een eerste mogelijkheid is de heropwerking waarbij het uranium en het plutonium van de splitsingsproducten gescheiden worden. Dit paste men toe, vanaf de jaren ’70, voor de opgebruikte brandstof uit Doel en Tihange. Die werd vervoerd naar La Hague in Frankrijk, waar uranium en plutonium werden verwijderd en terug aangevuld met nieuwe U235 om MOX-brandstof te maken. 

De MOX-brandstof kwam terug naar België en werd opnieuw gebruikt in onze reactoren. Wat dan nog restte als afvalproduct, was een kleine hoeveelheid splitsingsproducten, die verglaasd werden. Dit ging goed tot de ministerraad dit in 1998 verbood. Sindsdien moet alle gebruikte brandstof opgeslagen worden zonder verdere verwerking. Onder druk van enkele partijen wordt de heropwerking nog steeds verboden.


Dat je, wat er uiteindelijk rest, ook op een andere manier kan ‘bewerken’, bewijst Finland. Zie ook hier.

Om de hoogradioactieve splijtstofstaven van hun twee kerncentrales op te bergen hakt men hier — met de steun van de groenen — een complex gangenstelsel in de granieten ondergrond van een eiland in de buurt van de kerncentrale, en dit tot 500m diepte. 


De wand hier is een oergesteente van 1,9 miljard jaar oud. Dat is het basisprincipe van geologische eindberging: flinke stukken van de aardkorst zijn zó stabiel, dat alles wat je erin begraaft voorgoed weg is. Voorgoed — dat wil zeggen: lang genoeg, dat zelfs het zwaarste radioactieve materiaal zijn stralingsintensiteit verliest.

De staven worden geplaatst in een borium-stalen bus, en dan nog eens in een koperen capsule, die via een ingenieus computersysteem op zijn plaats wordt gebracht. Eens een schacht vol, wordt die afgesloten met betonietklei, die de eigenschap heeft uit te zetten als het nat wordt, wat binnensijpelen van water moet voorkomen. De Onkalo-opslagplaats zal naar verwachting groot genoeg zijn om vaten verbruikte splijtstof voor ongeveer honderd jaar te accepteren. Worden er later nog meer kerncentrales gebouwd, dan kan tussentijds worden uitgebreid. Als alle tunnels zijn opgevuld en Finland Onkalo definitief sluit, doet men een laatste inkapseling met beton, en wordt de toegangstunnel opgevuld en verzegeld. De eindberging is dan ‘passief veilig’ en niemand hoeft er ooit nog naar om te kijken.


— — —


Ik zou het hierbij willen laten wat betreft het dossier ‘Kernenergie’ op basis van uranium.

Wil u er nog meer over weten, meer informatie en publicatie vindt u op deze site.


Omdat het in een nog té experimenteel stadium zit, en er ook weinig over te vinden is, heb ik kernfusie bewust niet behandeld. Hierbij smelten atomen samen, zoals in de zon, waardoor ontzettend veel energie vrijkomt. 


Onderzoekers zijn er al heel lang mee bezig en onlangs kwam schot in de zaak. Begin 2022 verbraken fysici een record door in een Britse testreactor in vijf seconden bijna evenveel energie op te wekken als een gemiddeld Nederlands huishouden in twee dagen verbruikt. Maar u merkt het al: vooruitgang gaat altijd in stapjes, maar een échte doorbraak, naar toepassingen in de praktijk, kan je dit nog niet noemen. 


Waar men wél al een stuk verder in staat zijn thorium-gesmoltenzoutreactoren. Een mondvol, en ook voor mij was deze technologie volledig onbekend. Maar daarover gaan de volgende drie artikels.

0 Reacties
Voeg reactie toe
Bekijk gegevens
- +
Uitverkocht